Het Brussels Gewest heeft haar eigen cultuur, producten, kenmerken, eigenaardigheden en gewoontes. Sommige zaken zijn echt iets Brussels, vaak zijn het verschijnselen die je ook elders in België aantreft, maar die er toch voor zorgen dat Brussel bovenal Brussel is.
Op deze pagina hebben we een aantal dingen verzameld die typisch Brussels zijn of typisch Belgisch maar die ook van toepassing zijn op Brussel. Houd dit lijstje zeker in je achterhoofd als je gaat winkelen in Brussel. Zo heb je meteen inspiratie voor een leuk souvenir na je stedentrip naar deze geweldige Belgische stad.
Bier
Brussel kent net als heel België een serieuze biercultuur. Ieder zichzelf respecterende horeca-eigenaar zorgt dat er ten minste een acceptabel aantal bieren op de kaart staan, waarvan een deel uit het vat en vaak ene groot deel uit de fles. Tussen de honderden Belgische bieren is er één soort dat echt iets van Brussel is: geuzebier. Geuze is een troebele biersoort die ontstaat door het mengen van verschillende bieren. Geuze is aanzienlijk zuurder en minder zoet dan een gemiddeld Belgisch biertje en mag alleen maar in Brussel en omstreken gebrouwen worden. Een ander bier dat als ‘typisch Brussels‘ aangeduid mag worden is kriek. Kriekenbier is gebaseerd op lambiek waar zure kersen aan toegevoegd worden. Voor bierliefhebbers is Brussel in alle opzichten een geweldige stad, want Brussel telt een aantal geweldige kroegen, uitstekende bierwinkels zoals de Biertempel en een heus biermuseum: het Biermuseum van Schaarbeek.
Broodjes eten
Uitgebreid lunchen geschiedt in Brussel vrijwel alleen maar door zakenmensen en toeristen. De echte Brusselaar zal veel eerder een belegd broodje eten. Andere alternatieven zijn pasta, soep of een simpele salade. Er zijn heel veel plekken in Brussel waar je belegde broodjes kunt kopen. Op de drukste plekken zie je dat het assortiment na 2 uur ‘s middags al ver op is. Een redelijk populaire variant op de koude broodjes zijn de panini. Deze broodjes worden met ingrediënten en al eventjes op de grill gelegd. Niet zelden zijn dit speciale panini-machines. Broodjes eet je in Brussel gewoon al wandelend naar je bestemming of eventjes zittend op een bankje.
Tweetalig
België kent officieel drie talen (Nederlands, Frans en Duits), echter is er slechts één stad officieel tweetalig: Brussel. Bij wet is vastgelegd dat in Brussel Frans en Nederland gesproken wordt. Dit komt tot uiting in officiële publicaties van de gemeente, in straatnamen (en straatnaambordjes) en waarschuwingsborden. In de praktijk wordt er veel meer Frans dan Nederlands gesproken. Apart, want het Brussels Gewest woedt omsloten door Vlaams grondgebied waar hoofdzakelijk Nederlands gesproken wordt.
Brusselse wafels
De meest gegeten wafelsoort ter wereld is de Brusselse wafel, die internationaal vaak als Belgian waffle aangeduid wordt. Brusselse wafels zijn rechthoekig van vorm, vrij luchtig en kennen grote vierkante inkepingen. In tegenstelling tot de Luikse wafel wordt er geen suiker toegevoegd aan het beslag. Vaak wordt over de warme wafel (poeder)suiker gestrooid als deze geserveerd wordt. Je ziet veel varianten wat betreft beleg op de wafel. Chocolade, Nutella®, slagroom, vanillesaus, aardbeien en kersen zijn veel voorkomende producten die op Brusselse wafels gedaan worden.
Strips
De stripverhalen die we tegenwoordig kennen vinden hun oorsprong. De schrijver van de allereerste moderne stripverhalen, Hergé, komt uit Etterbeek, een plaats die onderdeel is van het Brussels gewest. Hergé is de bedenker en tekenaar van de beroemde stripreeks Kuifje. In Brussel zit een grote uitgeverij van strips: Le Lombard. Deze uitgeverij is in 1946 opgezet als uitgever van het weekblad Kuifje. Le Lombard is o.a. verantwoordelijk voor de stripalbums/reeksen Asterix, Alain Chevalier, Dommel, Leonardo, Lucky Luke, Michel Vaillant, Olivier Blunder, Rik Ringers, Roze Bottel en de Smurfen.
De striphistorie van Brussel is tegenwoordig goed zichtbaar in de stripwandeling. Verspreid door de binnenstad van Brussel zijn er een groot aantal muren versierd met stripfiguren. Deze stripmuren staan vermeld op een speciale kaart voor de striproute. Ook het Belgisch Centrum voor het Beeldverhaal, ook wel het Stripmuseum van Brussel genoemd, is een begrip in de Brusselse binnenstad. Hier leer je alles over hoe strips gemaakt worden en leer je over de geschiedenis van de Belgische strips.
Bloempanch
In Nederland kennen we de bloedworst, in België eet men pensen. Het gaat om een vergelijkbaar product onder verschillende namen. De Brusselse variant van pens wordt ook bloempanch genoemd. Het is in Brussel een veel gegeten lekkernij die vaak warm (gebakken) gegeten wordt met appelmoes of gebakken appels met suiker, bij voorkeur bruine suiker. Koud eet je het meestal met mosterd. Bloempanch maakt zonder enige twijfel deel uit van het Brussels gastronomisch erfgoed.
Dé plek om bloempanch te kopen is bij Beenhouwerij Declerck-Cloetens, die het originele Brusselse recept overgenomen heeft van Landuyt. Een wijk waar je op meerdere plekken bloempanch of Brusselse pensen kunt eten is de Marollen.
Spruitjes
Onder kinderen de niet meest populaire groentesoort vind haar oorsprong uit de omgeving van Brussel: spruitjes oftewel spruitkool. Deze wintergroente heette vroeger “Choux de Bruxelles”. Internationaal wordt de naam “Brussels Sprouts” nog steeds in de Engelse taal gehanteerd, waarmee de afkomst uit Brussel aangeduid wordt. Spruiten kom je in de restaurants van Brussel nog steeds redelijk veel tegen. Vaak als bijgerecht, maar ook regelmatig als onderdeel van een voor- of hoofdgerecht. Spruitensoep, gegratineerde spruiten en spruitenstamppot (Brusselse stoemp) zijn voorbeelden van varianten die je in Brussel tegen kunt komen.
Multicultureel
Brussel kun je zonder enige twijfel kwalificeren als een multiculturele stad. Inmiddels bestaat meer dan een kwart van de bevolking uit immigranten of nakomelingen van immigranten. Deze zijn vooral afkomstig uit Noord-Afrika (vooral Marokko) en Centraal-Afrika (o.a. voormalig Belgisch Kongo). Dit zorgt ervoor dat Brussel in alle opzichten een kleurrijke stad is, waar de culturen van andere volkeren steeds meer samensmelten met de Belgische cultuur. Dit merk je onder andere in het winkelaanbod en in de vele horecagelegenheden in Brussel, die steeds vaker een exotisch tintje hebben.
Chocolade
Brussel is de stad waar de bonbon (praline) ooit uitgevonden is. Jean Neuhaus heeft in zijn winkel aan de Koninginnegalerij de eerste gevulde chocolade met zachte vulling gemaakt. Dat was in het jaar 1912. Sindsdien is Neuheus een begrip geworden in Brussel, net als een aantal andere chocolatiers zoals Leonidas en Godiva.